43+21=.
Olala, dat lijkt moeilijk!
We nemen het eerste getal, doen er eerst de volle dozen bij en dan de losse.
Dus:
53+1=54
Ah, dat valt goed mee!
We hadden het ook over één meter. Wat is dat?
Dat is juist een kind van onze klas met zijn armen open en kapstokhandjes.
We gingen aan de slag door school met onze meetstok. Wat is groter dan 1m en wat is kleiner?
Zéér plezant!
We oefenen ook verder op het uur.
Voor taal deden we spelletjes met de speciallekes.
En we hebben vooral veel geoefend op lezen en schrijven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten